Recensie: Peter Neumann – De republiek der vrije geesten

Peter Neumann, De republiek der vrije geesten. Jena, het Oost-Duitse stadje waar de briljantste intellectuelen samenkwamen in 1800.
Uitgeverij Spectrum, Amsterdam, 2019ISBN: 9789000364961
€24,99

 

 

 

Soms hoor of lees je over een boek dat je aandacht grijpt en niet meer loslaat. Zo verging het mij met de Nederlandse vertaling van het boek van de filosoof en dichter Peter Neumann, De republiek der vrije geesten, dat handelt over een filosofenclub in het Duitse stadje Jena rond 1800. Mijn moeder groeide op in het nabijgelegen Weimar, haar ouders wonen er nog altijd, en ik studeerde zelf een half jaar in Halle, dat iets verder ten noorden van beide steden ligt. Hier hield ik mij bezig met de geschiedenis van Duitse intellectuelen rond 1900. Het heeft me vanaf het begin van mijn studie gefascineerd: de totstandkoming van ideeën in hun historische context en de infrastructuur, allerlei media, die deze ideeën de mogelijkheid biedt zich te verspreiden. Het werk van Neumann sluit hier naadloos op aan: wie het in handen neemt, ziet in één oogopslag dat hij op literaire wijze de werken, maar ook de levens van belangrijke en interessante filosofen in de context van hun tijd beschrijft. Een bijzonder boek, genoeg reden om het te lezen.

Nieuwe orde

De republiek der vrije geesten speelt zich niet voor niets af rond 1800. In die tijd staat de oude wereld op de tocht. In Frankrijk vond een ingrijpende revolutie plaats die ontaarde in geweld en, niet veel later, de machtsgreep van Napoleon. Iets eerder had de filosoof Immanuel Kant met zijn Kritik der reinen Vernunft (1781) de denkwereld van zijn tijd op de kop gezet. In dit werk stelde hij dat kennis nooit onafhankelijk van de waarnemer kan bestaan. Een denkend mens kan alleen kennis hebben van dingen waarmee diegene ervaring heeft. Neumann verwoordt, bij monde van de vertaler, de impact van diens denkwerk als volgt: ‘Van nu af aan is het afgelopen met alle metafysische godsbewijzen. Het bestaan van God valt noch te bewijzen noch te weerleggen. Over de grote vragen betreffende de wereld, de ziel, God, vrijheid en onsterfelijkheid kan alleen met zekerheid worden gezegd dat de mens, die zich hierover het hoofd zal blijven breken, daarop nooit een antwoord vindt.’ In Jena, een stadje in het hertogdom Saksen-Weimar, wordt het werk van Kant nauwkeurig bestudeerd.

Jena

De filosofen die centraal staan in het boek van Neumann zijn August en Friedrich Schlegel, hun vrouwen Caroline en Dorothea Schlegel, Friedrich Schelling, Novalis en Ludwig Tieck. Zij komen regelmatig bij elkaar aan de Leutragasse 5 in Jena, waar belangrijke filosofische werken, zoals het werk van Kant, maar ook hun eigen publicaties aan de orde komen. Ze staan in contact met allerlei belangrijke denkers en schrijvers van die tijd, waaronder ook Goethe en Schiller. In Jena voelen ze zich dankzij Kant bevrijd van de door God gegeven orde en willen aan de hand van hun verstand de wereld opnieuw vormgeven. Het is hun ambitie om een nieuw filosofisch systeem op te bouwen, bijvoorbeeld door de tegenstelling tussen het denken en de werkelijkheid op te lossen. Ze werken hun ideeën uit in filosofische en literaire publicaties. Maar na een aantal jaren valt hun vrijdenkersruimte uit elkaar. Uiteenlopende zienswijzen, onderlinge rivaliteit en liefdesverhoudingen gooien roet in het eten. Niets menselijks is ze vreemd. Het boek eindigt vrij abrupt, met een aantal korte schetsen van de latere levenslopen van de hoofdpersonages.

Lezerspubliek

Neumann verbindt de historische context, de filosofische ideeën en de onderlinge verhoudingen op literaire wijze om zo de lezer bij de filosofen aan tafel te posteren. Dat maakt De republiek der vrije geesten een ambitieus boek. Helaas maakt Neumann zijn ambitie niet waar; hij wil te veel tegelijkertijd. Doordat hij uitvoerig ingaat op de onderlinge verhoudingen en de academische carrières van zijn hoofdrolspelers, komen de historische context en de filosofie in kleine hapklare brokjes aan de orde. Hij staat dus amper diepgaand bij de ideeën stil. Hierdoor blijft het voor de kenner bij filosofische borrelpraat, terwijl de leek het amper kan volgen. Het doet de vraag rijzen welk publiek Neumann voor ogen had. Hij had wellicht beter voor één invalshoek kunnen kiezen, maar dan ontstaat de vraag wat zijn boek toevoegt. Het werk dat er nu ligt, leest als een boeketroman waarvan de personages toevallig beroemde filosofen zijn.

Door Christoph van den Belt.

Christoph van den Belt (1991) studeerde Geschiedenis aan de Radboud Universiteit. Tijdens zijn studie hield hij zich voornamelijk bezig met persgeschiedenis, wetenschapsgeschiedenis en religiegeschiedenis in de 19e en 20e eeuw. Sinds november 2016 is hij verbonden aan de Vrije Universiteit en de Christelijke Hogeschool Ede, waar hij werkt aan een proefschrift over de geschiedenis van het Nederlands Dagblad en het Reformatorisch Dagblad in de periode 1960-heden.

Berichten gemaakt 1236

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven