Recensie: Robert Harris – Dictator

In zijn roman Dictator neemt Robert Harris ons mee naar de periode 58 v. Chr. – 43 v. Chr, “misschien wel de meest verwarrende in de geschiedenis van de mensheid”, zoals hij in zijn voorwoord schrijft. De Romeinse Republiek loopt op haar laatste benen en politicus, redenaar en advocaat Marcus Tullius Cicero doet er alles aan om die te behouden.

Het verhaal
Dictator is het slotstuk van Robert Harris’ spannende en indrukwekkende fictieve biografie over Cicero (106 v. Chr. – 43 v. Chr.) Het eerste deel, Imperium, verscheen in 2006 en het tweede, Lustrum, in 2009. Dit derde deel is ook als losstaand boek goed te lezen. Harris verwijst af en toe naar eerdere gebeurtenissen en legt daar waar nodig uit wat er in een eerder deel gebeurd is.

Dit derde deel opent in 58 v. Chr. met een gebroken man. Cicero is buitenspel gezet door een slinkse zet van tribuun Clodius. Hij leeft nu als balling, ver weg van zijn geliefde stad Rome. Al zijn politieke invloed is hij verloren en het enige wat hij nog heeft is hoop; hoop dat de Romeinse Republiek zal blijven voortbestaan en dat hij daar opnieuw een groot staatsman zal zijn.

Wanneer Cicero besluit om zijn politieke rivaal Julius Caesar te gaan steunen, kan hij terugkeren naar Rome. Maar dan is Cicero nog lang niet waar hij zijn wil: hij moet zich een weg terug de politiek in vechten via de advocatuur. Het lukt hem zijn plek in de senaat te heroveren door de steun van de juiste mensen te verwerven. Later probeert hij een wig te drijven tussen de bondgenoten Pompeius en Julius Caesar om te voorkomen dat zij samen de macht grijpen. Cicero weet de republiek na de moord op de dictator Caesar nog een laatste keer te gloriëren. Maar uiteindelijk kan zelfs Cicero niet voorkomen dat de jonge Octavianus (de latere keizer Augustus) als overwinnaar uit de strijd met Pompeius komt en het Romeinse Rijk een keizerrijk wordt.

Tiro
Cicero’s verhaal wordt vele jaren na zijn dood verteld door zijn secretaris en slaaf Tiro, die zijn herinneringen van zijn toenmalige meester en de politieke situatie van die tijd heeft opgeschreven. Deze Tiro heeft echt bestaan en heeft ook daadwerkelijk een biografie van Cicero geschreven. We weten dat hij brieven en redevoeringen voor Cicero schreef en notuleerde bij vergaderingen. Hij ontwikkelde daarvoor een snelschrift, waarvan wij nog altijd gebruik maken: het teken & en de afkortingen etc., NB, i.e., komen uit zijn stenosysteem. Helaas is Tiro’s biografie over Cicero verloren gegaan, zodat Harris zich moest baseren op de vele andere overgeleverde bronnen, zoals de brieven en redevoeringen van Cicero zelf en de biografie die Plutarchus over hem schreef

Tiro is voor Harris de ideale verteller: een buitenstaander die toch zelf aanwezig was bij belangrijke historische gebeurtenissen, zoals de moord op Caesar. Hij fungeert in de roman meestal als neutraal doorgeefluik van de geschiedenis: “Ik ben niet van plan veel aandacht aan roddels te besteden; dergelijke zaken zijn mijn   onderwerp onwaardig.” (p. 57)

De roman wordt echt interessant tijdens de spaarzame momenten, waarin Tiro commentaar levert op de politieke situatie in Rome, de beslissingen die Cicero neemt en ons een inkijkje in zijn eigen leven, gevoelens en verlangens geeft. In die scènes wordt Cicero een mens, niet de held van het verhaal; de mens die ook wel eens een verkeerde beslissing maakt, zenuwachtig is voor een redevoering, ruzie maakt met zijn vrouw, van zijn kinderen houdt enzovoorts.

Het is jammer dat Harris dit interessante perspectief niet verder uitwerkt en dat het beperkt blijft tot een enkel fragment. We horen bijvoorbeeld nergens hoe het was om te leven in slavernij en hoe de Romeinen destijds met hun slaven omgingen. Tiro moet toch af en toe gefrustreerd of geïrriteerd zijn geweest, vanwege het feit dat hij onvrij was en zich moest voegen naar de grillen van zijn meester. Dit had een completer beeld van het leven in Rome tijdens de eerste eeuw voor Christus kunnen geven; er waren niet alleen politici, machtswellustelingen, maar ook mensen zonder rechten en zonder inspraak.

Gebruik van bronnen
Er zijn veel bronnen overgeleverd die ons een goed beeld geven van de gebeurtenissen van de eerste eeuw voor Christus, zoals Caesars verslagen over de oorlog en Gallië en natuurlijk Cicero’s brieven, redevoeringen en boeken. Harris kent deze bronnen door en door en maakt daar in zijn roman goed gebruik van. Hij neemt de vrijheid, die goed binnen het genre van de historische roman past, om niet altijd kritisch te zijn op de bronnen. Leesbaarheid, een goed en spannend verhaal, gaan voor een kritische blik op de bronnen. Details uit de propagandistische teksten zijn immers juist díe details die zijn roman zo smakelijk maken. Voor die kritische blik verwijst Harris in zijn dankbetuiging naar diverse non-fictieve biografieën die verschenen zijn.

Citaten uit Cicero’s werk, Caesars verslagen van zijn oorlogen en andere bronnen neemt Harris moeiteloos op in zijn roman. Deze schrijfstijl zorgt ervoor dat de lezer zich waant in de tijd van Cicero. Echter, het taalgebruik is hierdoor niet altijd even gemakkelijk. Voor de lezer die wat minder bekend is met bijvoorbeeld alle rangen en standen in de Romeinse maatschappij en politiek bieden de verklarende woordenlijst, kaart van het Romeinse Rijk en overzicht van de dramatis personae uitkomst.

Kortom, Dictator is historische fictie op zijn best: het brengt de turbulente periode van de nadagen van de Romeinse republiek op geweldige wijze tot leven. Een must read voor de liefhebber van politieke thrillers.

Robert Harris, Dictator. Cargo (2015). ISBN 9789023495635, €14,99. 

Door Susanne Groenendijk

Susanne Groenendijk (1987) studeerde geschiedenis en literatuurwetenschap aan de Universiteit Leiden. Tijdens haar studie ging haar interesse vooral uit naar de relatie tussen die twee vakgebieden en aanverwante geschiedfilosofische vragen. Momenteel werkt ze als vrijwilliger bij het Eindhoven Museum en onderzoekt ze de geschiedenis van die stad.

Berichten gemaakt 1236

Eén gedachte over “Recensie: Robert Harris – Dictator

  1. Kleine correctie: Octavianus kwam als overwinnaar uit de oorlog met, eerst, Cassius en Brutus, en daarna met Marcus Antonius. Niet uit de oorlog met Pompeius.

Reacties zijn gesloten.

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven