Alumni aan het woord: Geschiedenis brengt je meer dan jaartallen

Ieder jaar kiezen honderden eerstejaars studenten voor de studie Geschiedenis, maar waar komen historici eigenlijk terecht na hun afstuderen? De komende weken laten we alumni aan het woord over hun carrière, de moeilijkheden en de mogelijkheden waar zij tegenaan zijn gelopen. Ze beschikken over uiteenlopende vaardigheden en interesses en daar horen verschillende loopbanen bij. Een ding hebben ze echter allemaal gemeen: ze hebben de meest interessante studie gedaan die er maar is! Vandaag vertelt Eva over haar waardering voor het onmeetbare. 

Mijn keuze voor de studie geschiedenis was niet snel gemaakt. Het jaar voor mijn eindexamen stond in het teken van een zoektocht naar een vervolgstudie: van een middag muziektheorie op het conservatorium tot een praatje in een collegezaal bij Pedagogische Wetenschappen, gevuld met alleen maar vrouwen. Na veel twijfels viel de keuze uiteindelijk eenvoudigweg op wat ik het meest interessant vond: geschiedenis.

Waarderen wat je niet kunt meten

Een studie Geschiedenis leidt je niet rechtstreeks op voor een vastomlijnd beroep. Een deel van de kennis die je tijdens de studie opdoet, is feitelijk en dus meetbaar: jaartallen, belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis, historische verbanden. Maar dat wat niet te meten is, vind ik belangrijker. Geschiedenis brengt je meer dan kennis van historische gebeurtenissen: historisch besef, kritisch denken, de wil om te blijven leren en een ontwikkeling van je eigen normen en waarden.

Deze lastig meetbare competenties zijn voor mij erg waardevol gebleken. Het is natuurlijk leuk dat ik je precies kan vertellen wat er gebeurde in de Verenigde Staten in de Red Summer of 1919, maar ik heb nu, na mijn studie, veel meer aan de gesprekken waarin mijn scriptiebegeleider me stimuleerde kritisch te kijken naar de verschillende gezichtspunten in de krantenartikelen uit dat jaar.

Mijn waardering voor het onmeetbare komt terug in mijn huidige werk bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Voor het ontwikkelen van beleid is het belangrijk om meetbare kennis over het onderwijs in te zetten, maar de focus moet breder liggen. We mogen dat wat niet zo makkelijk te meten is, zeker niet uit het oog verliezen. Dit betekent dat we niet alleen aandacht moeten hebben voor feitelijkheden als PISA-resultaten, maar ook voor lastiger meetbare aspecten als gelijkheid in kansen. Geschiedenis leert je om meetbare feiten in een breder perspectief te zien.

Ontwikkel jezelf

Voor mij bood mijn studie Geschiedenis met de combinatie van meetbare kennis en onmeetbare competenties een goede basis om verder op te kunnen bouwen. Mijn verdere bezigheden waren deels studiegerelateerd, maar vaak ook niet. Naast mijn studie heb ik de vooropleiding cello aan het conservatorium gedaan, ben ik een jaar bestuursvoorzitter geweest bij een studentenkoor- en orkest en heb ik historische rondleidingen gegeven door de binnenstad van Utrecht. Deze ervaringen hebben er voor gezorgd dat ik mijn sterke en zwakke punten beter ken en veel geleerd heb over zaken die niet direct in een wetenschappelijke studie aan de orde komen. Ik zou iedere student Geschiedenis aanraden om naast de studie tijd te steken in dat wat je belangrijk en leuk vindt.

Naast deze activiteiten buiten mijn studie, heb ik ook in mijn studie geprobeerd zoveel mogelijk praktijkervaring op te doen. De master Publieksgeschiedenis bood mij deze mogelijkheid door de nadruk op een stage en verschillende groepsprojecten. Na deze master heb ik vervolgens nog een jaar onderwijservaring opgedaan in een educatieve master. Al deze ervaring bij elkaar zorgt ervoor dat ik nu met veel plezier en met voldoende inhoudelijke kennis mijn werk bij het Ministerie van OCW kan doen. De studie Geschiedenis heeft hiervoor de basis gelegd, maar een verdere persoonlijke ontwikkeling was daarbij zeker essentieel.

Mijn advies voor Geschiedenisstudenten is dan ook tweeledig. De feitelijke kennis die je opdoet is belangrijk, maar wees je ook bewust van de competenties die niet direct te meten zijn, en die naar mijn idee nog waardevoller zijn. Doe daarnaast zoveel mogelijk ervaring op en zorg er zo voor dat je jezelf blijft ontwikkelen: meetbaar en onmeetbaar.

Eva Firet

Wil je meer horen over jonge historici en de arbeidsmarkt? Op 22 november organiseren wij het evenement ‘Maak werk van geschiedenis.’ Je kan je hier aanmelden. 

Eva Firet heeft geschiedenis gestudeerd aan drie verschillende universiteiten: haar propedeuse aan de UvA, het vervolg van de bachelor aan de Universiteit van Leiden, de master Publiekgeschiedenis aan de UvA en de educatieve master Geschiedenis en Staatsinrichting aan de Universiteit Utrecht. Na werkervaring op te hebben gedaan bij het Amsterdam Museum en de Domtoren in Utrecht, werkt ze sinds september 2015 bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Eva werkt als rijkstrainee bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap: in deze functie werk je twee jaar lang op verschillende plekken binnen en buiten het ministerie, waarbij je zoveel mogelijk verschillende soorten ervaringen opdoet. Eva heeft eerst gewerkt bij het College voor Toetsen en Examens, waarbij ze medeverantwoordelijk was voor de uitvoering van het beleid rondom de rekentoets. Van maart 2016 tot juli 2016 is Eva gedetacheerd bij de Europese Commissie, DG Education and Culture, op de afdeling ‘Schools and Educators; Multilingualism’. Na deze periode zal Eva gaan werken als beleidsmedewerker op een van de afdelingen binnen het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Het rijkstraineeship is mogelijk op alle ministeries en bevat een centraal opleidingsprogramma. De combinatie van opleiding en verschillende werkervaringen biedt jong-afgestudeerden een mooie kans om zichzelf in twee jaar tijd verder te ontwikkelen op de werkvloer.

 

Berichten gemaakt 1231

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven