Het is maandagochtend, half negen: vijfentwintig brugklassers melden zich voor de geschiedenisles. De plaats van handeling is geen lokaal, maar de videobelfunctie van Teams. Ondanks dat de recente corona-maatregelen het lesgeven volledig op de schop hebben gegooid, blijft een hoop hetzelfde: het binnenkomen van de leerlingen gaat nog steeds gepaard met een hoop gebabbel, de grappenmaker van de klas schudt nog altijd een mop uit z’n mouw en de notoire laatkomers loggen een paar minuten te laat in. Een briefje halen kan niet in een digitale les – daar komen ze mooi mee weg.
Afstandsonderwijs
Sinds half maart zijn alle scholen in Nederland gesloten. Van leraren wordt gevraagd hun onderwijs digitaal vorm te geven. Op de school waar ik werk, een gymnasium in Rotterdam, kreeg het docententeam twee dagen de tijd om de inrichting van de digitale lessen op orde te krijgen. Als jonge docent was dat best eenvoudig: ik weet goed de weg op het internet en heb met veel digitale lesmiddelen al eens gewerkt. Sommige oudere collega’s viel het zwaarder; zij zijn minder bedreven in de digitale mogelijkheden. Na twee dagen zag het er, best gelikt uit: er waren online leerpaden ingericht, de leerlingen konden formatieve toetsen maken en iedere week is er een digitaal contactmoment via een beeldbelapp.
Vitaal beroep
Nog een mentale opsteker in verwarrende tijden: ik oefen kennelijk een vitaal beroep uit. Als docent is dat prettig om over jezelf te horen; de opmerking dat je met geschiedenis een slecht perspectief op de arbeidsmarkt hebt, kun je hiermee immers voorgoed pareren. Die erkenning voor het onderwijsveld is terecht; het docentschap is namelijk meer dan je geschiedenislesjes afdraaien. Juist de contacten die je met leerlingen, ouders en collega’s onderhoudt maken het werk betekenisvol en, in de woorden van het kabinet, dus kennelijk vitaal. Misschien is het geschiedenisonderwijs in verwarrende tijden nog eens extra vitaal: geschiedenis biedt leerlingen historisch perspectief, aan de hand waarvan zij de wereld van nu kunnen begrijpen. Geschiedenis informeert, relativeert en biedt gereedschap hedendaagse ontwikkelingen in de tijd te plaatsen.
Lesgeven in een crisissituatie is best een uitdaging. Die vijfentwintig koppies op maandagochtend tijdens het beeldbellen zijn even veeleisend en eigengereid als tijdens de gewone lessen. Ondanks dat het afstandsonderwijs met een uiterste krachtsinspanning is ingericht, kun je de leerlingen geen maatwerk of individuele begeleiding bieden. Een mailtje haalt het niet bij een echt gesprek. Doordat je leerlingen niet fysiek spreekt of ziet, gaat non-verbale communicatie verloren en is het lastiger vast te stellen of een leerling de stof begrepen heeft.
Crisis maakt creatief
Maar een crisis maakt ook creatief. Zo schreef Giovanni Boccaccio zijn beroemde Decamerone tijdens de uitbraak van de Pest in Florence en Shakespeare zou King Lear in quarantaine hebben geschreven. Ook geschiedenisdocenten gaan op zoek naar creatieve vormen om de verwarrende actualiteit in een historisch kader te plaatsen. Hoewel ik me graag met mijn leerlingen in de Romeinse tijd of de geschiedenis van de Koude Oorlog verdiep, leek me dat middenin de crisis van nu niet meer zo urgent. Ik pakte mijn laptop, begon op internet bronnen te zoeken en schreef in een paar uurtjes een korte lesbrief over het Coronavirus in historisch perspectief: hoe nieuw is een dergelijke virusuitbraak eigenlijk? In hoeverre gaan vergelijkingen met de Pest en de Spaanse Griep op?
Via LinkedIn en Facebook verspreidde ik de lesbrief onder collega’s. Veel van hen reageerden enthousiast en ik kreeg foto’s en berichtjes van klassen uit Oost-Groningen tot Noord-Brabant die vol goede moed aan de slag waren gegaan met het lesmateriaal. Een mediëvist was teleurgesteld over mijn stereotiepe weergave van de hygiënische standaarden in de middeleeuwse stad – die passage paste ik snel aan. Een grafisch ontwerper maakte een schitterende infographic, die ik aan de lesbrief heb toegevoegd.

De leerlingen waren ook enthousiast: zij waardeerden het om met een actueel en relevant onderwerp aan de slag te gaan en vonden het vooral leuk om verbanden te zien tussen verschillende periodes. Misschien is dit wel waarom geschiedenisonderwijs vitaal is: leerlingen krijgen een venster op de wereld van nu en vroeger aangeboden, waardoor zij zich beredeneerd en geïnformeerd een beeld van de eigen tijd kunnen vormen.
Terug naar school
Veel goeroes in onderwijsland zien de kansen van afstandsonderwijs. Voor een deel hebben ze gelijk; digitale middelen bieden een hoop kansen. Toch mis ik het klaslokaal. Echt contact met leerlingen, een echt gesprek voeren en een keer echt de diepte ingaan tijdens de les. Hoe erg je als docent je best ook doet, er blijft een scherm tussen jou en de leerlingen. Juist in een verwarrende periode als nu, wil je zien hoe het echt met je leerlingen gaat. Gaat het bij iedereen goed thuis?
Wat mij betreft gaan de scholen morgen weer open. Juist datgene wat het docentschap vitaal maakt, kan nu niet: iets betekenen voor leerlingen, het verschil maken voor leerlingen bij wie thuis niet alles vanzelf gaat. Daar kan geen mooie lesbrief tegenop.
Door Remy Balisteri.
Remy Balistreri (28) is historicus en werkt als geschiedenisleraar op een gymnasium in Rotterdam.