Column: The land of the free and the home of the brave

Migratie, de Amerikaanse droom en ik

Het land van een nieuwe start, eindeloze mogelijkheden en voor ieder zijn eigen Amerikaanse droom. In die utopie ligt mijn oneindige fascinatie voor de Verenigde Staten. Voor mij begon dit jaar met een persoonlijke nieuwe start en mijn eigen American Dream die eindelijk uitkwam: ik steeg op nieuwjaarsdag van het Europese continent op, om een aantal uur later voor het eerst ein-de-lijk voet op Amerikaanse bodem te zetten. Ik was er dan, na jaren dromen en denken: het land van de oneindige mogelijkheden: ‘Murica!

Nog voordat een verslaving aan Friends en Will and Grace mijn Amerikaanse droom verder uitdiepte, werd ik gegrepen door de geschiedenis van dit continent. Van de geschiedenis van haar oorspronkelijke bewoners, of de verhalen van zware zeereizen die Portugezen, Spanjaarden en Nederlanders naar de overkant voeren, brachten me nauwelijks historische sensatie. Het waren juist de overgeleverde verhalen van latere immigranten, de gelukszoekers en het Europese voetvolk, die mij tot de verbeelding spraken. Immigranten die vanuit een overvol Europa de overtocht waagden om aan een ongewisse toekomst te beginnen. Soms met familie, vaak alleen. Dit gevoel van een nieuwe start, alles achterlaten dat bekend is, een schone lei creëren en in het diepe springen zonder te weten wat er aan de andere kant is, is de kern van mijn liefde voor Amerika. Tegelijkertijd is dit gevoel ook vaak één van mijn persoonlijke struikelblokken, dus there you have it: Amerikaanse geschiedenis laat mij zien wat de mogelijkheden zijn als je gewoon dóet en, misschien nog belangrijker, dúrft.

Vaak zien we op tegen verandering en buiten onze eigen comfort zone stappen. Logisch, want wanneer je eenmaal eenwarm en gezellig nest om je heen hebt gebouwd, is het moeilijk om uit te vliegen. En, eerlijk is eerlijk, meestal ontbreekt het ons Westerlingen ook aan externe factoren om de stap naar een onbekend bestaan te maken. Honger hebben we niet meer, tenzij het rond een uur of 5 ’s nachts na het stappen is en de FEBO al dicht blijkt, en epidemieën zijn meer iets voor China, Afrika en de geschiedenisboeken. En cultuur, echte cultúúr, dat hebben we toch juist in Europa? Die vind je zeker niet tussen de Mc Donald’s, KFC of Walmart. Externe factoren speelden in het verleden juist vaak de cruciale rol bij het maken van de keuze tot emigratie. Geen werk in Frankrijk? Laten we het in Spanje proberen. Mislukte piepers in Ierland? We steken de oceaan over!

In een van mijn colleges hier kregen we afgelopen week een documentaire te zien over de Lower East Side in New York aan het eind van de negentiende eeuw. Er bestond een klein beetje filmmateriaal en daarvan had Ken Burns, America’s national treasure wanneer het op geschiedenis aankomt, een documentaire gemaakt. Ik heb zitten genieten, ook al weerspiegelde het getoonde beeld een overvol open riool van een straat met aan weerszijden smalle, hoge gebouwen waarin ongeveer hele vroegere Italiaanse dorpen hun “woning” hadden. Mensen verbleven in veel te kleine ruimtes -waar de stank een mengeling van menselijk zweet, te lang gekookte kool van de Duitse buurvrouw en paardenpoep moet zijn geweest- omdat zij door al die smerigheid toch een betere toekomst in het moderne Amerika zagen. Als je door de Lower East Side van toen zou kunnen lopen, zou je Italiaans, Pools, Russisch, Duits en behoorlijk wat Jiddisch horen in slechts één wijk op het schiereiland. Al deze mensen waren vanaf het ongetwijfeld veel idyllischere, doch armere, Europese platteland geëmigreerd naar de metropool New York. Mensen wisten (volgens Ken) vaak niet wat ze met deze moderniteit aan moesten, maar pasten zich aan en leerden ondertussen ook nog van anderen: kort door de bocht het bestaan van Amerika’s melting pot. Uiteraard wilden mensen vanuit deze wijken graag zo snel mogelijk doorstomen naar een betere woonplek in de stad of in het westen. En daar liep de kersverse immigrant tegen een probleem aan. De pompende, industriële, altijd actieve stad draaide op dollars, niet op aardigheid. De meeste immigranten vanuit Europa waren arme boeren en arbeiders die weinig te verliezen hadden en juist hun fortuin wilden maken in de Nieuwe Wereld. Want dat fortuin, dat was vaak óf niet bestaand, óf zo goed als op na een zware overtocht in de buik van een vol stoomschip. Immigranten konden ook een lening afsluiten bij een reder of werkgever aan de oostkust van de Verenigde Staten om maar met de boot mee te kunnen. Punt bij aankomst was wel dat je eerst die lening moest terugbetalen, voordat het werk aan de eigen Amerikaanse droom kon beginnen. Hoe dan ook, mensen wilden door vanuit hun aankomstplek: op zoek naar bergen van goud en een stralende toekomst.

Hoewel ik dit semester gewoon in mijn appartement op de campus zal blijven -thank God niet in de stank van koolsoep van een Duitse buur, als ik geluk heb wel in de heerlijke geuren van Japanse wok van de overbuurman of Indiase curry’s van beneden- en al een behoorlijk eind westwaarts ben getrokken, kijk ik uit naar alles wat ik van de hedendaagse ambitieuze, hardwerkende Amerikaanse cultuur en geschiedenis kan leren. Bergen van goud hoeven van mij niet, de zonnige en besneeuwde toppen van de Rocky Mountains die ik elke ochtend uit mijn raam zie maken mij al erg gelukkig. Maar die stralende toekomst, dat hebben die immigranten van weleer en ik toch wel gemeen.

22fca15  Laila Smits (1989) studeerde Geschiedenis aan de Radboud Universtiteit in Nijmegen.  Haar  fascinatie voor de Verenigde Staten en haar geschiedenis leverde niet alleen een  volle  boekenkast op, met een aparte plank voor kookboeken vol Amerikaanse recepten,  maar dreef  haar na haar bachelor ook in de richting van Utrecht voor de master American  Studies.  Momenteel verblijft ze vier maanden in Bozeman, Montana, USA. 

Berichten gemaakt 1234

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven