Bush did 9/11”, “Cheney made money off the Iraq War” en “Storm Area 51”. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van memes waarin argwanend wordt gekeken naar het handelen van de (in dit geval Amerikaanse) overheid en complotten gesuggereerd worden. De meme-cultuur verspreidt afbeeldingen, filmpjes en andere media over het internet, waarvan de humor vaak alleen begrepen wordt door ingewijden. Het is daarom maar de vraag of ‘memers’ echt in deze complottheorieën geloven, of dat ze deze juist bewust ridiculiseren. Buitenstaanders kunnen dit opvatten als aanwijzingen voor een hardnekkig geloof in complottheorieën onder jongeren. Docentenclubs pleitten er daarom eerder dit jaar voor dat het ontkrachten van deze theorieën prioriteit nummer één zou moeten worden in het geschiedenis- en burgerschapsonderwijs op de middelbare school.
Maar werkt zo’n benadering niet juist averechts? Hoe meer aandacht je als docent besteedt aan het actief bespreken en serieus nemen van deze signalen, hoe groter het taboe wordt en hoe meer ingrijpende historische gebeurtenissen zoals 9/11 vatbaar worden voor ridiculisering binnen de meme-cultuur. Dus wat moeten wij, als buitenstaanders (ook wel ‘normies’ genoemd), hiermee doen in het onderwijs?
Memes buiten het internet
De online cultuur wordt gekenmerkt door een hoge snelheid van reageren en delen: de drempel is laag en de anonimiteit hoog. Toch zijn er enkele confrontaties tussen de meme-cultuur en de echte wereld terug te zien. Zo werden de Nederlandse Youtubers Ties Granzier en Govert Sweep laatst gearresteerd terwijl ze zich op het terrein van het zwaarbewaakte (en daardoor zeer mysterieuze) Area 51 begaven. Niet geheel toevallig, zou er vier dagen na hun arrestatie een Facebookevenement plaatsvinden, georganiseerd door de pagina ‘Shitposting cause I’m in shambles’.
Miljoenen mensen schreven zich in voor de bestorming van Area 51 op 20 september 2019. Hun strijdplan? Met zoveel mogelijk personen tegelijk afrennen op het doelwit. Dat strijdplan ging gepaard met talloze Area 51 memes met satirische ideeën om aliens te ontvoeren en tactische overwegingen om voor één massale aanval te kiezen. De bewakers van Area 51 zouden immers nooit iedereen tegelijkertijd kunnen stoppen. Kwam het ook tot zo’n massale charge waarvoor honderden mensen hun leven in de waagschaal zouden leggen? Nee natuurlijk niet, maar dat is dan ook de kracht van satire; op 20 september waren er honderden mensen te vinden rondom de poorten van Area 51 om de grap af te ronden.
Memes in het onderwijs
Granzier en Sweep hebben nooit bekend bij te willen dragen aan de bestorming en betuigden openlijk spijt in de Nederlandse media voor het laten schrikken van hun omgeving. Hun apparatuur werd hen afgenomen, ze kregen een geldboete van ongeveer 4000 euro en kwamen met de schrik vrij. Kortom, geen aanleiding om daar in het Nederlandse onderwijs nog verdere ruchtbaarheid aan te geven. Toch lijkt dit niet te gelden voor andere complot-memes rond bijvoorbeeld de Irakoorlog, 9/11 en het wel of niet bestaan van de Illuminati (een zogenaamd ‘geheim’ historisch genootschap), zie het eerder genoemde pleidooi van de voorzitter van de Vereniging voor Geschiedenisdocenten in Nederland.
Meme-cultuur behandelen als vast onderdeel in het onderwijs is niet per se een goede oplossing, maar meer aandacht voor mediawijsheid wel. Memes gaan gepaard met een symboliek. Illuminati-memes worden bijvoorbeeld vrijwel altijd vergezeld door de soundtrack van The X-files en verwijzen naar het driehoekige symbool met daarin een oog in het midden. Laat de focus op symboliek nu net wél een element zijn in het geschiedeniscurriculum. Een middelbare scholier in Nederland moet voor zijn eindexamen bijvoorbeeld in staat zijn om aan de hand van beeldelementen uit spotprenten of propagandaposters te kunnen herleiden door – en voor wie – deze gemaakt is.
Docenten zouden dit soort onderwerpen aan kunnen grijpen om leerlingen zich juist te laten focussen op de symboliek van de meme-cultuur. Er bestaan bijvoorbeeld meerdere meme-pagina’s over historische gebeurtenissen (‘History memes’), politieke stromingen (‘Sassy socialist memes’) en zelfs een pagina over liefde voor het Nederlandse koningshuis (‘Machtige majesteitsmemes’) waarin dagelijks talloze memes gepost worden die bol staan van dezelfde symboliek als de oorspronkelijke historische bronnen en gebeurtenissen. Het achterhalen van de boodschap die achter historische media schuilt, is voor leerlingen vaak complex terwijl dit in mindere mate opgaat voor memes. Vragen stellen en beantwoorden over de standplaatsgebondenheid die de maker van een meme aanneemt, kan dienen als een goede oefening voor bronkritische vaardigheden.
Memes en het curriculum
Zo’n vergelijkende benadering kent meerdere didactische voordelen: (1) je verdiept je als docent meer in de belevingswereld van je leerlingen; (2) leerlingen verkrijgen mediawijsheid door zich te verdiepen in de gelaagdheid van populaire media; en (3) verwerven tenslotte ook nog eens een analytische, kritische blik die ze nodig zullen hebben tijdens hun eindexamen en hun verdere leven. Ook Curriculum.nu, de grote onderwijsvernieuwing die vorige maand werd gepresenteerd aan minister Arie Slob, besteedt expliciet aandacht aan deze vaardigheden. ‘Digitale geletterdheid’ is een van de negen kennisdomeinen die de traditionele schoolvakken mogelijk gaan vervangen. Geschiedenis behoort tot een ander domein, genaamd ‘Mens en Maatschappij’ en aan ‘Burgerschap’ wordt zelfs één heel domein gewijd.
De nieuwe vakdomeinen worden vormgegeven door een benadering die de traditionele vakkennis als middel behandelt in plaats van als doel. Zo valt op Curriculum.nu te lezen dat kennis van de geschiedenis een referentiekader wordt om onder meer het ‘denken in meerdere perspectieven’, ‘denken vanuit jezelf en anderen’ en ‘denken in oorzaken en gevolgen’ te faciliteren. Binnen het domein ‘Digitale geletterdheid’ komt er onder meer expliciete aandacht voor het selecteren van betrouwbare informatie door scholieren en binnen ‘Burgerschap’ geldt ditzelfde voor ‘digitaal samenleven’. Dit lijkt me ruim voldoende om leerlingen op te leiden tot kritische denkers, zonder dat de alwetende docent vertelt in welke internettrend ze vooral niet mee moeten gaan.
Koren op de molen
Laten we geen paniek zaaien over een toename van het aantal aanhangers van complottheorieën onder Nederlandse scholieren als gevolg van memes, want dat is juist koren op de molen van de meme-cultuur. Het zorgt voor verdere in- en uitsluiting van ingewijden in deze cultuur, een grotere afstand tot de doelgroep en bovenal tot een grove misvatting van satire. Laten we als geschiedenisdocenten bijvoorbeeld eens terugdenken aan De Tegenpartij van Van Kooten en De Bie en het effect dat deze memers avant la lettre hadden op de Nederlandse publieke opinie. Bij mijn weten is de waarschuwing voor de Tegenpartij ook nooit opgenomen in het curriculum…
Door Luuk de Bakker.
Luuk de Bakker (1993) is opleidingsdocent geschiedenis aan de Marnix Academie te Utrecht, na een aantal jaar in het voortgezet onderwijs geschiedenis te hebben gegeven.