Herodotus: de kleurrijke grondlegger van de Westerse geschiedschrijving

Ieder jaar worden er weer honderden historische boeken uitgebracht. Maar ongeacht je interesse en de bestaande historiografie, primaire bronnen, in al hun soorten en maten, blijven essentieel voor geschiedkundig onderzoek. De komende weken keren we “Terug naar de bron,” en laten we Jonge Historici aan het woord over hun meest waardevolle historische bron. Vandaag vertelt Emma Groeneveld over de Historiën van Herodotus als de bakermat van de Westerse geschiedschrijving.

‘These are the researches of Herodotus of Halicarnassus, which he publishes, in the hope of thereby preserving from decay the remembrance of what men have done, and of preventing the great and wonderful actions of the Greeks and the Barbarians from losing their due need of glory; and withal to put on record what were their grounds of feud.’

Dit zijn de openingswoorden van Herodotus’ Historiën, het aan ons vroegst overgeleverde werk met een duidelijk historiografisch doeleinde: het weergeven van de aanloop naar en het verloop van de Perzische Oorlogen (499-479 v.Chr.), opdat de bijbehorende daden niet vergeten zullen worden. Met deze insteek staat Herodotus aan de voet van onze westerse historiografische traditie. Geschreven bronnen brengen uiteraard, net als elke andere soort bron, een eigen set bijzonderheden met zich mee. Levendigheid en rijkheid aan informatie staan tegenover de soms complexe scheidslijn tussen waarheid en fictie en zaken als het doel van de schrijver. Herodotus is in zekere zin de pionier van dit snijvlak; een goede reden om iets te vertellen over hoe dit tot uiting komt in zijn werk.

Enerzijds bevat Herodotus’ geschiedschrijving elementen die wij vandaag de dag nog steeds belangrijk vinden in onze discipline, bijvoorbeeld wat betreft zijn profilering, omgang met bronnen en zijn methode. In zijn openingswoorden geeft hij aan de daden van zowel de Grieken als de Barbaren te willen redden van de vergetelheid; hiermee profileert Herodotus zich als onpartijdige verteller en koppelt zichzelf bewust aan Homerus, die in zijn epen het leed van zowel de Grieken als de Trojanen beschreef. Ondanks zijn Griekse achtergrond – hij kwam uit Halicarnassus, en had nauwe banden met Athene – doet Herodotus een poging om het Perzische Rijk waarheidsgetrouw weer te geven.

Herodotus, geboren rond 484 v.Chr, schreef een kleine halve eeuw ná de gebeurtenissen over de Perzische Oorlogen en was zelf dus geen ooggetuige. Hij moet een enorme berg onderzoek achter de kiezen hebben gehad voor een werk van deze omvang en geografische spreiding – van de negen ‘boeken’ gaan boek II t/m IV diep in op de opkomst van het Perzische Rijk. Hij verzamelde deze informatie tijdens zijn vele reizen. en moest deze informatie vervolgens zelf op waarde schatten. Hij probeert hierin kritisch te zijn – met wisselend resultaat – en hanteert een voor ons handige methode. Veelal noteert hij in zijn narratief eerst het verhaal wat hij heeft gehoord, en geeft er daarna commentaar op, bijvoorbeeld met betrekking tot de betrouwbaarheid. Het fijne is dat in het geval dat Herodotus’ analyse geen hout snijdt, wij in elk geval nog wel de verhalen zelf hebben.

Zoals al enigszins wordt verraden door de omvang van zijn werk, was Herodotus een buitengewoon nieuwsgierige en breed geïnteresseerde man, die alles opschreef wat los en vast zat. Dit leidt vaak tot afdwalen van het eigenlijke onderwerp en vertraging van het verhaal, als hij het bijvoorbeeld weer eens niet kan laten de gehele genealogische achtergrond van een van zijn beschreven personages te beschrijven. Echter, de bijna belachelijke hoeveelheid details maakt de Historiën voor historici wat een snoepwinkel is voor een kind; details die voor hem enkel interessant waren, kunnen vandaag de dag leiden tot belangrijke nieuwe inzichten. Een mooi voorbeeld hiervan is het feit dat de Feniciërs al rond 600 v.Chr., tijdens een expeditie gestuurd door farao Necho II van Egypte, in open bootjes om wat nu Kaap de Goede Hoop is zijn gevaren. Herodotus, die dit detail zelf overigens niet gelooft, vertelt namelijk dat de Feniciërs claimden dat terwijl zij westwaarts rond de zuidelijke punt van Libië (hoe Afrika toen werd genoemd) voeren, zij de zon aan hun rechterhand hadden (Hdt. IV.42). Dat klopt inderdaad precies met de werkelijkheid– iets wat de zeelui niet hadden kunnen weten zonder het te hebben meegemaakt.

Anderzijds kent de Historiën uiteraard ook een aantal problemen, en zaken die minder waarheidsgetrouw zijn dan gewenst. Het werk is bijvoorbeeld bedoeld om te vermaken, als voordracht. Mede hierdoor staan er dingen in de Historiën die wij niet als historisch zouden bestempelen. Tevens had Herodotus – ondanks de claim zich als onpartijdige verteller te profileren, en ondanks het feit dat hij inderdaad tot op zekere hoogte het Perzische Rijk recht doet – ook het doel om de tegenstelling tussen de vrijheid van de Grieken en de ‘slavernij’ van volkeren die de tirannieke, imperialistische Perzische koning dienden te demonstreren. Het ligt dus wat complexer.

Ook is het, ondanks dat Herodotus zeker een poging doet om kritisch om te gaan met zijn bronmateriaal, duidelijk dat hem soms zeker een oor aan te naaien viel. De persoon die hem heeft wijsgemaakt dat kamelen vier dijbenen en vier kniegewrichten hebben had dit haarfijn door (Hdt. III.103). Tevens vertelt Herodotus, in de volste overtuiging dat het de waarheid is, dat er in de Indiase gebieden van het Perzische Rijk een woestijn ligt waar goud-opgravende reuzemieren wonen, die je aanvallen als je het goud probeert mee te nemen:

‘Here, in this desert, there live amid the sand great ants, in size somewhat less than dogs, but bigger than foxes. (…) [they] throw up sand-heaps as they burrow. Now the sand which they throw up is full of gold. (…) When the Indians reach the place where the gold is, they fill their bags with the sand, and ride away at their best speed: the ants, however, scenting them, as the Persians say, rush forth in pursuit. Now these animals are, they declare, so swift, that there is nothing in the world like them…’ Hdt. III. 102-105 (Zie de gehele passage voor een tactiek om toch levend weg te komen met het goud).

Veel van deze zaken komen voort uit het feit dat Herodotus, als niet-ooggetuige, afhankelijk was van zijn bronnen, en gezien de omvang van zijn werk heeft hij literaire vrijheden moeten hanteren om te gaten op te vullen. Dit resulteert in een bijzonder levendig verslag, met gehele toespraken en een ontelbaar aantal personages, waarin zijn beoogde tegenstelling tussen Grieken en Perzen ook de ruimte krijgt. Deze zaken geven een rijke kleur aan het narratief dat Herodotus heeft geconstrueerd, en hij is door zijn geschiedkundige insteek en op bronnen gestoelde methode toch zeker als een waardige pionier van de westerse geschiedschrijving te beschouwen, zolang men de kleur inderdaad als kleur herkent.

Bronnen
Groeneveld, E., From agora to throne room. Interstate relations between Persia, Athens and Sparta before and during the Persian Wars in Herodotus’ Histories (Lambert Academic Publishing 2011).
Herodotus, Histories. Vertaald met commentaar door George Rawlinson, bewerkt door Tom Griffith (London 1996).

EmmaEmma Groeneveld (1989) sloot haar bachelor Geschiedenis aan de Universiteit van Utrecht af met een scriptie over Herodotus. Tijdens de Onderzoeksmaster Ancient Studies specialiseerde ze zich in macht en invloed aan het Romeinse hof. Ze heeft daarna haar lesbevoegdheid gehaald, maar besloot dat haar passie niet ligt bij lesgeven. Nu werkt ze wél op een school, als schoolassistent, maar is van plan meer te gaan schrijven en is op zoek naar een baan die aansluit op haar vakgebied en interesses.

 

 

Berichten gemaakt 1256

Eén gedachte over “Herodotus: de kleurrijke grondlegger van de Westerse geschiedschrijving

Reacties zijn gesloten.

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven