Op vrijdag 30 oktober 2015 stond een grote groep journalisten te wachten voor het Hotel Imperial in Wenen, om de hoek bij de Nederlandse ambassade. De prominente gast voor wie zij in de rij stonden was de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken John Kerry. Hij was in Wenen voor een ontmoeting met zowel zijn Russische ambtgenoot Sergej Lavrov als met meer dan zeventien andere buitenlandministers voor onderhandelingen over het conflict in Syrië. De Oostenrijkse krant Der Standard was voorzichtig positief over deze bijeenkomst. Niet alleen nam Iran voor het eerst deel aan een dergelijke bespreking, ook werd er volgens Frederica Mogherini, hoge vertegenwoordiger voor Buitenlandse Zaken en Veiligheid van de Europese Unie, een historische stap gezet doordat de deelnemers het eens waren over hun eerste prioriteit: een landelijke wapenstilstand in Syrië.
Deze gesprekken kregen een bijzondere betekenis aangezien zij plaatsvonden in een stad met een lange traditie van internationale politieke congressen. Het was tijdens het beroemde Congres van Wenen in 1814-1815 dat de verschillende Europese leiders destijds vorm gaven aan de politieke toekomst van Europa. De Europese rijken waren na jarenlange plunderingen, die plaats vonden gedurende de Napoleontische oorlogen (1792-1815), aan het einde van hun krachten. Na de Franse nederlaag tijdens de volkerenslag bij Leipzig (16-19 oktober 1813) en de verbanning van Napoleon Bonaparte naar Elba (april 1814) sloten de zegenvierende machten daarom de handen ineen om de Europese machtsverhoudingen te herstellen. De Europese landkaart werd drastisch veranderd: Polen zou onderdeel gaan uitmaken van Rusland, Pruisen kreeg nieuw territorium en het nieuwe Verenigd Koninkrijk der Nederlanden (inclusief België en Luxemburg) zou als bufferstaat tegen Frankrijk gaan fungeren.
Recent werd in Wenen ruim aandacht besteed aan de historische betekenis van het Congres, dat haar 200 jarige jubileum vierde. Onder de titel Europa in Wien werden er tot eind oktober 2015 verschillende tentoonstellingen en evenementen georganiseerd om een breed publiek kennis te laten maken met dit onderwerp. De stad die door veel bezoekers terecht wordt aangezien als tijdloze ‘museumstad’ kent verschillende opvallende en minder opvallende locaties die aan deze gebeurtenis herinneren. Locaties die het bezoeken meer dan waard zijn.
In het centrum van Wenen, op de Ballhausplatz, bevindt zich het Bundeskanzleramt. In dit gebouw is formeel het ambt van Werner Faymann – de Oostenrijkse Bondskanselier – gevestigd. Het gebouw is niet alleen iconisch vanwege de politieke betekenis die het sinds de oplevering in 1719 kende, maar ook omdat hier het Weense Congres plaatsvond in 1814. Bezoekers kunnen een prachtig barokgebouw betreden, maar zullen weinig overblijfselen uit de tijd van het congres vinden. Een kunststoffen tafel in het midden van de toenmalige congreszaal moet herinneren aan de geschiedenis van de ruimte.
Een dergelijke tafel, inclusief naambordjes, is wel misleidend. De leiders die besloten over de toekomst van Europa nadat Napoleon verslagen was – Klemens von Metternich (Oostenrijk), Charles-Maurice de Talleyrand (Frankrijk), lord Castlereagh (Groot-Brittannië) en Tsaar Alexander I (Rusland) ontmoetten elkaar niet plenair aan een tafel, maar werkten in afzonderlijke bijeenkomsten. Dit gebeurde onder meer in de Weense Hofburg, de toenmalige residentie van het Habsburgse vorstenhuis. Het congres zorgde voor langdurige stabiliteit – een balance of power. Tot aan de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) zou Europa een continentale oorlog bespaard blijven. Ook wordt het congres beschouwd als een van de historische mijlpalen van de Europese diplomatie. Niet alleen als verre voorloper van de Europese Unie en als eerste multilaterale forum, maar ook als toonbeeld voor het diplomatieke proces. Belangrijke onderhandelingen werden niet alleen tijdens plenaire zittingen gevoerd, maar in belangrijke mate ook in de ‘achterkamertjes’. Het afluisteren van de politieke collega’s was misschien wel net zo belangrijk als standvastig zijn aan de onderhandelingstafel. Bovendien kwamen de aristocratische elites die deelnamen aan het congres niet alleen. Zij namen hun gehele hofhouding mee en organiseerden extravagante feesten in de gigantische balzalen van de Weense Hofburg.
Tot slot speelden de persoonlijke relaties een belangrijke rol – en hierbij namen de vrouwen van de adellijke heren een sleutelpositie in. Dit aspect van het Congres van Wenen ontdekte ik tijdens een wandeling over de Kahlenberg – een heuvel aan de westkant van Wenen. Daar werd ik gewezen op een klein kerkhof, met het graf van Karoline Traunwieser (1794-1815) ‘Das schönste Mädchen zur Zeit des Wiener Kongresses’. Het is niet te achterhalen of Traunwieser of haar minnaar, orientalis en diplomaat Joseph von Hammer-Purgstall daadwerkelijk deel hadden genomen aan het Congres, maar de tekst wijst op een verbinding tussen hofcultuur en politiek, dit was cruciaal voor het Weense congres. De tentoonstelling in het Bundeskanzleramt die tot eind oktober te bezichtigen was, is niet alleen interessant vanwege de geschiedenis van het Weense congres, maar ook door de lange historische lijnen die tijdens de tentoonstelling getekend werden. De slotakte van het Weense congres werd geplaatst in een langere traditie van diplomatieke verdragen – de Vrede van Westfalen in 1648, het verdrag van Saint Germain-en Laye in 1919 (waarmee het nieuwe Oostenrijk na de Eerste Wereldoorlog erkend werd), het Berchtesgadener Abkommen in 1938 (waarmee Hitler het lot van Oostenrijk op 12 februari bezegelde) en het EU-toetredingsverdrag van Oostenrijk van 1994.
Hiermee kunnen we het Weense congres zien als een passage naar Europa, waarbij de fundamenten werden gelegd voor een langdurige Europese samenwerking. Tegelijkertijd heeft Wenen zich ook ontwikkeld tot een belangrijk verzamelpunt voor de wereldpolitiek. In het bureau van de Verenigde Naties en in de permanente Raad van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking (OVSE) wordt op mondiaal niveau besloten over tal van vraagstukken, zoals internationale veiligheid en de bestrijding van illegale drugshandel. Waar eens diplomaten bijeenkwamen na de nederlaag van Napoleon, beslissen landen nu over belangrijke kernthema’s uit de wereldpolitiek. Het statische Wenen heeft zich daarmee ontwikkeld tot een dynamisch politiek knooppunt.
Vincent Bijman (1990) volgt de Onderzoeksmaster Geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam en loopt op dit moment stage bij de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden in Wenen. Vincent schrijft met zijn masterscriptie de intellectuele biografie over Oskar von Niedermayer – een Duitse diplomaat die bekend staat als de Duitse ‘Lawrence of Arabia’. Daarnaast specialiseerde hij zich in de geschiedenis van de Europese integratie en de relatie tussen Duitsland en Europa.