Net als plusminus de halve wereldbevolking begaf ik mij afgelopen zomer in roze tenue naar de bioscoop voor Hollywoods nieuwste showstopper over ’s werelds meest populaire pop: Barbie. En net als de rest van plusminus de halve wereldbevolking werd mijn hart gestolen door Ryan Goslings vertolking van Ken, Barbie’s mannelijke, ondergeschikte en eeuwig naar haar smachtende side-kick, die na te zijn afgereisd naar de echte mensenwereld en met eigen ogen te hebben aanschouwd hoeveel respect en aanzien mannen hier genieten, besluit om in Barbieland het patriarchaat te stichten. Achteraf verbaasde ik me over de enorme snelheid waarmee Ken het feministisch paradijs dat Barbieland heet heeft kunnen omtoveren tot een mannelijke utopie gevuld met paarden, mojo dojo casa huizen, en ‘mini-fridges’ volgestouwd met koude biertjes.
Het deed me afvragen hoe het patriarchaat in onze eigen wereld tot stand is gekomen, en ik realiseerde me dat ik daar – ondanks dat ik zeven jaar met mijn neus in de geschiedenisboeken heb gezeten – eigenlijk helemaal geen weet van heb. Gelukkig was daar als donderslag bij heldere hemel het nieuwe boek van wetenschapsjournalist Angela Saini, waarin zij tracht te verklaren hoe de ogenschijnlijk bestendige en verstrekkende macht van het patriarchaat tot stand is gekomen. In de inleiding van De patriarchen stelt zij zo goed mogelijk de vroegste tekenen van mannelijke overheersing en de wortels van vrouwelijke onderdrukking uit wetenschappelijke bronnen te hebben gefilterd, en volgt zij de gestage ontwikkeling hiervan van de prehistorie tot de 21ste eeuw.
De wereldhistorische nederlaag van vrouwen
Saini biedt in haar boek dus niet zozeer nieuwe kennis, maar zet alle bestaande kennis op een rijtje, voegt hier de nodige context en nuancering aan toe, en stelt bepaalde bevindingen ter discussie. Onderzoek naar de oorsprong van het patriarchaat is al enige tijd gaande, zo blijkt, en Saini bespreekt op overzichtelijke en intrigerende wijze de theorieën van historici, archeologen, sociologen, antropologen en filosofen die zich sinds de negentiende eeuw in het onderwerp hebben vastgebeten. De ‘wereldhistorische nederlaag’ van vrouwen – zoals Friedrich Engels het doeltreffend omschreef – zou volgens deze denkers zijn veroorzaakt door o.a. de landbouwrevolutie en het ontstaan van eigendom en materieel bezit (waardoor mannen meer controle verlangden over het vader- en nalatenschap). Ook het immer populaire en invloedrijke archeologisch onderzoek waarin wordt beargumenteerd dat een van origine matriarchaal Europa aan het begin van de bronstijd is overspoeld door hordes jongemannen, die te paard vanuit de Russische steppen hun agressieve en patriarchale krijgerscultuur naar het destijds vredige en ‘godin vererende’ continent brachten, komt uitgebreid aan bod (wanneer Ken halverwege Barbie stelt dat het patriarchaat draait om mannen en paarden en dat paarden ‘men-extenders’ zijn, was hij dus zeker iets op het spoor).
Demografische belangen
Saini schuift al deze theorieën echter terzijde, en stelt – op basis van het werk van verschillende archeologen en historici – dat we het ontstaan van het patriarchaat moeten zoeken in de opkomst van de eerste (stad)staten in het vroege Mesopotamië. Wilden deze vroege staten immers de tand des tijds doorstaan, en wilden de heersers van deze staten hun macht behouden, dan was het van groot belang de bevolking in stand te houden en – nog liever – deze bevolking te laten groeien. Het is volgens Saini dus niet zozeer de controle over materieel bezit, maar de controle over een populatie die genderverhoudingen heeft scheefgetrokken en patriarchale macht verder heeft doen ontwikkelen.
Want hoe je het ook wendt of keert, vrouwen kunnen toch echt maar eens in de zoveel jaar een à twee kinderen krijgen, terwijl deze nummers voor mannen potentieel een stuk hoger liggen. Het was dus vooral zaak om vrouwen aan te moedigen zoveel mogelijk kinderen te krijgen. Sociale normen en wetten vormden zich geleidelijk naar dit maatschappelijk verlangen. De seksuele vrijheid van vrouwen werd aan banden gelegd, het heteroseksuele huwelijk deed zijn intrede, homoseksualiteit werd een taboe (net als elke vorm van seks waar geen baby uit voort kan komen), en omdat vrouwen – en dan bovenal hun reproductieve functie – zo waardevol waren voor het blijven functioneren en voortbestaan van deze vroege staten, werden hun legers enkel met mannen gevuld. Deze legers brachten machtige generaals voort die mannelijke dominantie verder bestendigden, terwijl de vrijheid van vrouwen steeds verder werd ingeperkt door de groeiende overtuiging dat deze vrijheid de eenheid en continuïteit van een samenleving in gevaar zou brengen. De controle over vrouwen nam dusdanige proporties aan dat meisjes op gegeven moment op hun dertiende of veertiende werden uitgehuwelijkt (om te voorkomen dat ze de kans kregen te ervaren dat er meer is in het leven dan het moederschap).
Vrouwen en kinderen eerst
Saini merkt terecht op dat het ergens heel paradoxaal is dat hoe waardevoller en essentiëler je bent voor het staatsapparaat, hoe meer onderdrukking je ervaart. Mannen genoten over het algemeen meer ruimte om naar eigen believen hun leven vorm te geven, maar de elite bekommerde zich vrij weinig over hun lot en nog steeds zijn het grotendeels mannen die de gevaarlijkste klusjes opknappen, of het nou gaat om het blussen van hoogste vlammen of het mijnen naar kool in de diepste grotten. Wiskundige en wetenschapsjournaliste Ionica Smeets vroeg zich onlangs af waarom media in het geval van een aanslag altijd specifiek vermelden dat er ook vrouwen en kinderen zijn omgekomen, en kon hier geen enkele reden voor bedenken. Maar wellicht zien we ook hier de sociale patronen terug die 4000 jaar geleden zijn ontstaan, en wordt de dood van vrouwen en kinderen nou eenmaal als een groter verlies gezien.
Macht en controle
Het roept de vraag op of wat Saini bestempelt als het patriarchaat eigenlijk een oligarchie is, die uit eigenbelang en zelfbehoud bepaalde genderrollen heeft opgelegd waar vooral vrouwen maar zeker ook mannen de dupe van zijn. Saini besluit dat haar zoektocht naar de oorsprong van het patriarchaat bovenal een geschiedenis aan het licht brengt van individuen en groepen die vechten om de controle over ’s werelds meest waardevolle hulpbron: andere mensen. Macht over mensen is volgens Saini de sleutel tot macht in het algemeen, maar bij wie deze macht terecht komt en hoe deze macht zich manifesteert en consolideert is afhankelijk van lokale omstandigheden. Het patriarchaat lijkt wellicht iets universeels, maar dat is enkel omdat Europese kolonisten het de afgelopen eeuwen over de rest van de wereld hebben verspreid. Vooral in Indo-Europese gebieden ontwikkelden patriarchale verhoudingen zich zoals hierboven uiteengezet, maar in verschillende delen van Afrika, Zuidoost-Azië en Noord- en Zuid-Amerika waren samenlevingen juist in variërende mate matriarchaal, en een aantal zijn dat nog steeds.
Het patriarchaat zoals Saini het omschrijft in haar boek heeft iets fragiels. Ook in het verleden waren samenlevingen zeer divers. Ze bevatten een bonte verscheidenheid aan mensen, en hun dagelijkse realiteit was net zo rommelig en chaotisch als die van ons. Strikt afgebakende gendernormen werden lang niet altijd gevolgd en de status van vrouwen fluctueerde continu. Er is volgens Saini dus altijd sprake geweest van verzet ten opzichte van de door elites opgelegde sociale codes, en de controle over een bevolking was altijd onzeker. Het patriarchaat is dus wellicht een stuk minder omvangrijk en een stuk minder invloedrijk (geweest) dan we vaak denken. Saini’s boek biedt veel food for thought op het onderwerp, en is zeker het lezen waard.
Door Charlotte van Bergen
De patriarchen – De oorsprong van ongelijkheid
Geschreven door Angela Saini
Uitgeverij Ten Have, 2023
ISBN: 9789025908850
€24,99 | 336 pagina’s
Steun Jonge Historici, bestel dit boek via Athenaeum Boekhandel
Lees hier meer over ons affiliate partnerprogramma
Charlotte van Bergen (1994) heeft geschiedenis gestudeerd aan de Radboud Universiteit en een opleiding jeugdliteratuur gevolgd aan de Universiteit van Tilburg. Binnen deze studies heeft zij zich gespecialiseerd in gendergeschiedenis, familie- en pedagogische geschiedenis en bovenal onderzoek gedaan naar oude kinderboeken en hun functie als cultuurhistorisch bronmateriaal. Ze heeft haar afstudeerscripties geschreven over de invloed van de tweede feministische golf op genderstereotypering in kinderboeken, en de rol en representatie van vaders in kinderboeken van 1950 tot nu. Ze werkt als beleidsmedewerker bij NWO, fietst elk weekend met haar zoontje naar de kinderboerderij om de ezels te aaien, en speelt graag ietwat gewelddadige videogames (shout-out naar alle andere trouwe Witcher III fans).