Gedurende mijn onderzoek naar de Mensjewieken in ballingschap in de vroegen jaren dertig ben ik veel interessante citaten tegengekomen. Een daarvan komt van de lippen van Vera Schwarz, Mensjewiek en tevens literair criticus, die bij een partijbijeenkomst in 1931 het volgende zei: “Kameraden, de geschiedenis heeft de neiging zich te herhalen, en om in iedere herhaling ingewikkelder te worden.” Met het eerder dit jaar verschenen Hogere Machten laat Joost de Vries zien hoe je over een mensenleven eigenlijk hetzelfde zou kunnen stellen.
Eerst als tragedie…
Hogere Machten is een verhaal over de twintigste eeuw en de mensen die er door gevormd en verzwolgen werden. Centraal staat het lange liefdesverhaal tussen James Welmoed en Elizabeth van Elzenburg, die elkaar in de jaren twintig in Nederlands-Indië tegenkomen, hij als jonge overheidsfunctionaris, zij als telg van een aristocratische familie. Een non-lineaire verhaalstructuur neemt de lezer mee door hun levens die elkaar telkens weer weten te kruisen. Op een intelligente manier wordt zo de complexe samenloop van herinneringen, vriendschappen, angsten en vernederingen weergegeven die mensen maken tot wie ze zijn.
Geschiedenislessen
De houding die de Vries aanneemt ten opzichte van de Geschiedenis is empathisch, een houding waarvan hij het niet kon laten om hem expliciet te maken. Zo schrijft hij al vroeg in het verhaal: “Het blijft moeilijk je mensen in het verleden voor te stellen zonder medelijden met ze te krijgen – ze zijn kinderen nog, ze hebben geen idee wat op hen wacht. Probeer over ze na te denken, en probeer dan, met de roze kont van je potlood, de kennis van wat komen gaat uit hun hoofden te gummen.” Er wordt dan ook niet veroordelend geschreven over het verleden, maar er wordt ook niets verzwegen. Zo schept de Vries een verfrissend genuanceerd beeld van het verleden, waarin simpele waarheden niet bestaan. Wél bestaan er mensen, ieder met z’n eigen geschiedenis en gebreken, die elkaar ontmoeten, helpen, kwetsen, liefhebben en verlaten.
De personages en verhaallijnen gaan de hele wereld over en beslaan vrijwel de volledige twintigste eeuw. Het wordt daarom vaak nét iets te veel, al die verwijzingen, plaatsen en gebeurtenissen, de speelse (en soms licht geforceerde) anachronismen. Omdat het boek niet heel dik is wekt dat een ietwat gehaaste indruk. Het maakt ook dat de Vries zelf, duidelijk enthousiast over de geschiedenis en cultuur die het weefsel van zijn verhaal vormen, iets te veel aanwezig is in dat verhaal. Een veelvoud aan ideeën en verwijzingen wordt gretig aan de lezer aangebodenen vaak ook vrij expliciet geduid.Om nog minder aan de twijfel over te laten is er achter in het boek een verantwoording te vinden over de historische accuraatheid, inspiraties en anachronismen (voor het geval je niet wist dat Tiny Dancer van Elton John nog niet bestond in de jaren veertig). Desalniettemin slaagt de Vries erin om een meeslepend en erudiet geheel te creëren waarin er naast de vele levenslessen (“je moet jezelf onderwerpen aan een regime”) meer dan genoeg ruimte is gelaten voor het ontwikkelen van sympathieke personages.
Fear Itself
Bovengenoemde Vera Schwarz had bij diezelfde bijeenkomst in 1931 nog een memorabele zin in petto voor haar publiek, geparafraseerd van Sovjetsatiricus Zoschenko: “onze tijden zijn simpeler, angstiger en helemaal niet voor intellectuelen.” Uiteindelijk gaat dit verhaal, zoals misschien wel de meeste verhalen, over angst. Voor onze eigen simpelere en angstigere tijden is de boodschap in dit boek hoopvol. Want hoewel we geen controle hebben over de hogere machten die het lot van volkeren en individuen bepalen, herinnert de Vries ons aan het feit dat liefde en moed zelfs (en juist) in de meest duistere tijden blijven bestaan, en dat het nooit te laat is om je angsten te overwinnen.
Door Koert Janssen
Hogere Machten, Joost de Vries
Prometheus, 2024. 304 pagina’s
ISBN: 9789044653991
€24, 99
Steun Jonge Historici, bestel dit boek via Athenaeum Boekhandel
Lees hier meer over ons affiliate partnerprogramma
Koert Janssen heeft moderne geschiedenis gestudeerd aan de Universiteit van Uppsala in Zweden.
Zijn masterscriptie schreef hij over de Mensjewieken in ballingschap in Berlijn in de vroege jaren
dertig. In zijn vrije tijd maakt hij muziek, speelt hij piano en leest hij.