Wanneer men het in de traditionele Nederlandse geschiedschrijving heeft over de Tweede Wereldoorlog overheerste vaak het Soldaat van Oranje beeld. Nederland als heldhaftig klein landje dat vertrapt werd door de rijlaars van de nazi’s, maar zich tijdens de Duitse bezetting bleef verzetten op zowel passieve als actieve wijze. Degenen die zich aan de Duitse kant schaarden worden vaak weggezet als een boosaardige minderheid van ‘foute’ mensen waarover maar beter zo min mogelijk kan worden gezegd. In recentere jaren is hier verandering in gekomen en heeft men meer oog voor deze keerzijde van Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog, niet om de keuzes van degenen die voor de nazi’s kozen goed te keuren, maar wel om ze te leren begrijpen. In deze context moet men Onder de Zwarte Zon: De Verleiding van de Nazi-Mystiek van de Nederlandse schrijver Rolf Wennekes zien. In dit boek probeert hij vooral af te rekenen met de erfenis van diens grootvader, de Nijmeegse boekhandelaar André van Hooijdonk, die pro-Duits was voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.
Een ‘foute’ familiegeschiedenis
De kern van Onder de Zwarte Zon is het verhaal van de voorgenoemde André van Hooijdonk en diens directe familie. Een van André’s dochters is de latere moeder van Rolf Wennekes, maar zij speelt eigenlijk een betrekkelijk kleine rol in het verhaal. Veel meer aandacht wordt besteedt aan de oudste zoon van de pater familias. Deze heet ook André, maar wordt om hem te onderscheiden van zijn vader Dré genoemd. Zowel André als Dré zijn overtuigde aanhangers van het Derde Rijk. André is dit omdat hij sinds jaar en dag vriendschappelijke en zakelijke connecties heeft met Duitsers en gelooft dat het Nederlandse volk en het Duitse volk in feite een enkel volk zijn: hij is vooraanstaand lid van de Nederlandsch-Duitsche Kultuurgemeenschap, een organisatie die in 1941 opgericht wordt om de culturele betrekkingen tussen het ondertussen bezette Nederland en Duitsland verder aan te halen. Hij sluit zich nooit aan bij de NSB, maar dat is vooral omdat hij Mussert en zijn trawanten als ordinaire proleten ziet: hij sluit zich liever direct aan bij ‘de dragers van de Duitse cultuur’. Al met al zet Wennekes zijn grootvader neer als een hardvochtige, aartsconservatieve maar ook maatschappelijk bewuste man met een oprechte liefde voor Duitsland en zodoende een gewillige collaborateur wordt. Wennekes’ oom Dré wordt daarentegen neergezet als een vrij kinderachtige man die worstelt met zijn onderdrukte homoseksualiteit (waar zijn vader van gruwelde), en zeer opzichtig militaristisch en pro-nazistisch wordt ter compensatie van zijn onzekerheden.
Hun verhaal vertelt Wennekes in een raamvertelling die niet altijd chronologisch verloopt en regelmatig onderbroken wordt door uitweidingen over andere, gerelateerde onderwerpen (waarover later meer). Her en der zijn de verhalen ook behoorlijk gefictionaliseerd bij gebrek aan bronmateriaal. Zo komt André in Kamp Vught – waar hij na de oorlog als collaborateur gevangen wordt gezet – een dokter tegen waar Wennekes bronmateriaal over heeft gevonden, maar waarvan hij zelf toegeeft dat hij geen idee heeft of deze zijn grootvader ooit tegen is gekomen. De wat inconsequente chronologie komt her en der wat rommelig over en zorgt ervoor dat het verhaal af en toe wat moeilijk te volgen is, maar de algemene strekking is helder en zeer interessant: Van Hooijdonk zelf heeft niet meegedaan aan gruwelijke oorlogsmisdaden, maar het is wel degelijk zijn gedachtegoed dat de nazi’s de ruimte gaf om te doen wat zij deden.
Onder de Zwarte Zon zijn overal nazi’s
Wat is nu precies de ‘Zwarte Zon’? Concreet is het een symbool dat ontworpen is door Heinrich Himmler, de in occulte zaken geïnteresseerde leider van de SS. Men kan het nog steeds vinden op vloeren en plafonds in het voormalige SS hoofdkwartier in Wewelsburg en is in feite bedoeld als een soort opperswastika dat het icoon van Himmlers mystieke SS religie moest worden. In bredere zin gebruikt Wenneker het als een verzamelterm voor alle uitingen van nazisme, of wat hij ziet als nazisme. Hij wijdt hier uitgebreid over uit in hoofdstukken waar hij het verhaal van zijn grootvader mee afwisselt. Hier richt hij zich op zaken als Himmler’s occulte interesses, de Lebensborn, het leven van een Nederlandse Waffen-SSer waar een van André’s dochters zich mee verlooft etc. Dit doet hij meestal ter verduidelijking van de standpunten van zijn grootvader, maar soms heeft hij het ook over zaken die maar weinig met André van Hooijdonk of zelfs het Derde Rijk te maken hebben. En hier laat Wenneker af en toe een steekje vallen: op verscheidene momenten gebruikt hij de term nazisme en nationaalsocialisme voor zaken die zowel ruim voor als na Hitler spelen. Zo beschrijft hij de mid-negentiende-eeuwse Duitse schrijver Julius Langbehn als: ‘nationaalsocialist avant la lettre Langbehn’. Later doet hij vergelijkbare uitspraken over andere pre-nazistische schrijvers en zet hen weg als ‘nationaalsocialistische auteurs’ en wanneer hij de vroeg-negentiende-eeuwse dichter Friedrich Rückert aanhaalt heeft Wenneker het over ‘vijf nazigeneraties terug’. Hetzelfde doet hij ook met contemporaine populisten zoals Donald Trump, Thierry Baudet en Geert Wilders. De Zwarte Zon reikt soms erg ver in Wennekers optiek en het zorgt ervoor dat zijn boek een duidelijk politiek gekleurd karakter krijgt.
Her en der maakt Wennekes ook historische fouten. Zo herhaalt hij het vaak vertelde fabeltje dat de ‘Ariër’ Hitler zwart haar en bruine ogen zou hebben: Hitler had in feite inderdaad donker haar, maar felblauwe ogen. Ook benoemt hij op een bepaald punt dat het leger van Karel de Grote in 778 door de islamitische Moren verslagen zou zijn in de Slag bij Roncevaux. In feite werd dit leger verslagen door christelijke en heidense Basken. Het zijn relatief kleine details die voor het algemene verhaal niet heel veel uitmaken, maar het komt wat slordig over. En dat is eigenlijk wat mijn eindoordeel voor dit boek ook een beetje is: her en der wat slordig ingedeeld en verwoord. Dit neemt echter niet weg dat het verhaal van André van Hooijdonk absoluut de moeite waard was om te lezen en dat ik het boek toch zou aanraden aan wie geïnteresseerd is in collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Door Tim de Wit
Onder de Zwarte Zon: de verleiding van de Nazi-mystiek, Rolf Wennekes
Uitgeverij Noordboek, 2024
ISBN: 9789464711349
352 pagina’s, €24,90
Tim de Wit (1992) is afgestudeerd als historicus aan de Vrije Universiteit van Amsterdam en de University of Georgia. Hij specialiseert zich in Amerikaanse negentiende-eeuwse geschiedenis – specifiek die van het Amerikaanse Zuiden, de Amerikaanse Burgeroorlog en het overheidsbeleid ten opzichte van Native Americans. In het kader van het laatste heeft hij onderzoek ter plaatse gedaan in Oklahoma over hoe de lokale volken de Amerikaanse Burgeroorlog beleefden. Tegenwoordig is hij werkzaam op het International Office van de VU en geeft hij groepsrondleidingen op de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog.