Pieter Sijpersma leerde Hans Wiegel kennen toen laatstgenoemde Commissaris van de Koningin in Friesland was. Sijpersma was toen journalist bij de Leeuwarder Courant en had de opdracht om de plaatsvervanger van de vorst zo goed mogelijk te volgen. Na Wiegels tijd als commissaris bleef Sijpersma’s belangstelling voor de persoon én de politicus Wiegel bestaan. Met als resultaat het boek ‘Hans Wiegel. De biografie’, een titel die weinig aan de fantasie overlaat, maar tegelijkertijd niets verklapt.
Om eventuele vermoedens van vooringenomenheid te ontkrachten – Sijpersma zit immers dicht op zijn onderwerp – geeft hij nadrukkelijk aan dat hij een journalistiek werk heeft willen schrijven, weliswaar naar wetenschappelijk voorbeeld. En natuurlijk is hij het journalistieke principe van wederhoor toepassen trouw gebleven. Dat leidde er regelmatig toe dat Wiegels fantastische verhalen en smakelijke anekdotes genuanceerd of bijgesteld werden.
‘Ik wil burgemeester worden’
Wiegel was een kind van de late jaren vijftig en vroege jaren zestig. Het overzicht in de maatschappij, verzorgd door zuilen en instituties, was in die tijd vanzelfsprekend – ook voor de kleine Hans. Die zuilen en instituties, waaronder politieke partijen, de rechtelijke macht en de monarchie, hielden het land in balans én op de rails. Hij werd grootgebracht met de verzekering dat iedereen, ongeacht komaf, het ver kon schoppen in die geïnstitutionaliseerde maatschappij. ‘Loon naar werken’, zei zijn vader vaak. Dat klonk Wiegel, zoon van een Amsterdamse meubelmaker, als muziek in de oren. ‘Ik wil burgemeester worden’, zei Wiegel als jongetje al, nadat hij de deftige burgemeester van Amsterdam op straat tegenkwam.
Brede volkspartij
Burgemeester werd Wiegel niet; Kamerlid wel. Hij betreedt de Tweede Kamer in de turbulente jaren zestig – als hij zelf vijfentwintig is.. De (haast) vanzelfsprekende machtsbasis van de confessionele partijen brokkelt in die periode af, de kritische pers laat nadrukkelijker van zich horen, en de televisie blijkt een bruikbaar medium voor handige politici om niet alleen hun politieke verhaal aan het electoraat te presenteren, maar ook om hun persoonlijkheid, hun karakter, te etaleren. Wiegel voelt deze veranderingen in de maatschappij en het medialandschap haarfijn aan, en weet daar handig gebruik van te maken.
Hij is al snel één van de sterspelers van dat politieke theater. Wiegel presenteert zichzelf bovendien als de spreekbuis ‘van de mensen in het land’. Hij weet feilloos in te schatten wat er in Nederland speelt. Zo weet Wiegel de VVD – destijds toch een partij met hoofdzakelijk deftige dames en heren van stand – om te smeden tot een brede volkspartij, waar ook niet-gegoede burgers zich thuis voelen.
Het spel is belangrijker dan de knikkers
Zijn wervelende verschijning op het politieke toneel moet voor de mensen die hem van kinds af aan kenden opmerkelijk zijn geweest. Als jongetje is Wiegel namelijk bescheiden, verlegen en wat eenzaam. Hij is lange tijd het ietwat wereldvreemde buitenbeetje, totdat hij tot klassenvertegenwoordiger wordt gekroond en, later, met de VVD kennismaakt. Zijn politieke carrière neemt snel een hoge vlucht. Hij werd gekozen tot JOVD-voorzitter, Kamerlid, fractievoorzitter en minister. Zo werd Wiegel zelf een belangrijk onderdeel van de door hem gewaardeerde geïnstitutionaliseerde wereld.
Als onderdeel van die wereld stelde Wiegel pragmatisme boven principes, politieke haalbaarheid boven idealistische toekomstbeelden. Veel meer dan van de inhoud hield Wiegel van de vorm en het vertoon van de politiek, van de tradities en decorum, de vernieuwende wijze van politiek bedrijven en de macht, van het theater en het spel. Het ging ‘m om het spel, en niet om de knikkers.
Dekmantel
Om dat spel overtuigend te kunnen spelen meet Wiegel zich een uitstraling aan. Hij is – in tegenstelling tot zijn jonge jaren – eenbrutale debater, die, vol bravoure en welbespraaktheid, zijn politieke opponenten bestookt met messcherpe, vaak humoristische oneliners. En terwijl zijn tegenstanders zich bezinnen op een weerwoord, staat Wiegel zelfverzekerd en ontspannen achter het katheder. De één gruwt van zijn ‘populistische en polariserende’ stijl en taal, terwijl de ander die directheid aansprekend en verfrissend vindt.
Dat joviale en tegelijkertijd branieachtige alibi levert hem aandacht, succes en vooral status op, iets wat hij als verlegen kind nauwelijks had, maar waar hij wel naar verlangde, en daar geniet hij nu met volle teugen van. Hij heeft zichzelf immers weten te realiseren zoals hij voor ogen had, hij is de persoon die hij wilde zijn.
Slot
Hans Wiegel. De biografie is een indrukwekkend boek. Sijpersma neemt de ruimte om Wiegel als kind van zijn tijd te schetsen en de context te duiden. Smakelijke anekdotes over Wiegels voortbewegen in politiek Den Haag en Friesland, worden afgewisseld met indrukwekkende passages over zijn vrij onbekende jeugd- en privéleven. Politieke dossiers worden door Sijpersma tot in detail uiteengezet – met een vuistdik boek als resultaat. Dat is soms jammer. Als lezer wil je liever snel doorbladeren naar de passages waar Wiegel – die zelf ook geen fan was van dikke dossiers – weer de hoofdrol heeft.
Het is desondanks knap hoe Sijpersma de ongerijmdheden van de persoon Wiegel nauwkeurig ontleedt. De wat ouwelijk uitziende politicus, gek op tradities en deftig decorum, die zich met jongensachtige speelsheid en durf in de politieke arena mengt; die in het openbaar ijdel en zelfverzekerd was, maar privé teruggetrokken en verlegen; die weinig ophad met idealen, maar des te meer met het politieke spel en polderpragmatisme en die – ondanks dat hij nooit meer aan het Binnenhof terugkeerde – tot op de dag van vandaag zijn invloed doet gelden.
Door Mark Barrois.
Steun Jonge Historici, bestel dit boek via Athenaeum Boekhandel
Lees hier meer over ons affiliate partnerprogramma
Pieter Sijpersma, Hans Wiegel: De biografie.
Atlas Contact. 784 pagina’s.
ISBN: 9789045038254
€39,99
Mark Barrois (1994) studeerde geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen, waar hij de geschiedenismaster ‘Actuele Geschiedenis’ en de interdisciplinaire master ‘Politiek & Parlement’ succesvol afrondde. Zijn interesse gaat onder meer uit naar het functioneren van de lokale democratie. Momenteel werkt hij bij de lokale overheid.