Recensie | Slot Zuylen en slavernij – Slot Zuylen

Wie langs de Vecht vanuit Utrecht richting Amsterdam reist, zal Slot Zuylen moeilijk missen. Het slot, omringd door een slangenmuur en een brede gracht, wekt meteen de indruk van een eeuwenoud centrum van welvaart (figuur 1). Tot voor kort vertelde het slot, dat al sinds 1952 is geopend als museum, echter weinig over de oorsprong van zijn welvaart. De tentoonstelling Slot Zuylen en slavernij (t/m 4 december 2021) brengt hier verandering in. Net zoals enkele andere erfgoedinstellingen in Nederland onderzoekt het Slot Zuylen hier zijn eigen verhouding tot de geschiedenis van kolonialisme en slavernij. Hoe maakt het museum deze verhouding tastbaar aan zijn eigen bezoekers?

Figuur 1. Aanblik van het Slot Zuylen vanaf de Vecht. Bron: Google Street View.

Slot Zuylen en slavernij

Het Slot Zuylen is ontstaan als middeleeuwse woontoren, die in de zestiende eeuw is uitgebreid tot een slot. Door een huwelijk belandde dit slot in het bezit van het adellijk geslacht Van Tuyll van Serooskerken. Zij zijn verantwoordelijk geweest voor grootschalige verbouwingen, vooral in de achttiende eeuw, die het slot het huidige indrukwekkende aanzien hebben gegeven.

Lang is de rol van adellijke families als de Van Tuylls in het Nederlands koloniaal systeem onderschat. De recent uitgegeven bundel Slavernij en de stad Utrecht heeft echter duidelijk gemaakt hoe welgestelde Utrechtse families, zoals de Van Tuylls, van het systeem van slavernij hebben geprofiteerd. Zo is de grote verbouwing uit de achttiende eeuw onder andere bekostigd met aandelen in de VOC en in plantageleningen. De verlichte schrijfster Belle van Zuylen (1740 – 1805), de beroemdste inwoner van Slot Zuylen, was erfgename van dit koloniaal fortuin.

De geschiedenis toegelicht

Onder andere de publicatie van Slavernij en de stad Utrecht gaf het slot, waaronder zijn huidige directeur Willem te Slaa, een aanzet om de collectie vanuit een andere invalshoek te presenteren. Slot Zuylen en slavernij gaat dan ook gepaard met enkele subtiele aanpassingen aan de vaste collectieopstelling. Naast een enkele verwijzing in de audiotour, wijzen toegevoegde informatieborden op de koloniale context van enkele objecten in de collectie. Mahoniehouten kisten, een verzameling Chine de commande (Chinees porselein) en een exotische pronkkamer wijzen op het koloniaal fortuin van de Van Tuylls.

In een aparte tentoonstelling wordt de relatie tussen het Slot Zuylen en de slavernij verder toegelicht. In drie ruimtes, een afslag van de doorgaande bezoekersroute door het slot, worden aan de hand van objecten uit de collectie en bruiklenen de resultaten van het recent onderzoek toegelicht. Zo is een buste van Belle van Zuylen voor de gelegenheid naar de tentoonstellingsruimte verplaatst. Hier stelt het museum de vraag of Belle, als vrijgevochten vrouw uit de tijd van de Verlichting, in haar werk reflecteert op de oorsprong van haar voorrecht. Een van de karakters in haar Suite des trois femmes (geschreven in 1794 – 1795) geeft een antwoord op deze vraag: ‘Ik geef veel weg, overal waar ik kom’.

De geest van Belle van Zuylen leeft inderdaad in het slot voort. Net als dit karakter uit Belles verhaal geeft Slot Zuylen veel weg. In de derde tentoonstellingsruimte van Slot Zuylen en slavernij dient onder andere een fotogalerij dan ook om de zichtbaarheid van hedendaagse vrouwen te vergroten, in de geest van Belle. Daarbuiten ging de tentoonstelling gepaard met lezingen, workshops en een herdenking van Tula in het slot.

Een uitdaging voor de toekomst

Met deze aangepaste opstelling, deze evenementen en de tentoonstelling zelf maakt Slot Zuylen en slavernij tastbaar hoezeer de geschiedenis van kolonialisme en slavernij in het heden doorleeft. Dankzij de tentoonstelling blijkt dat familie Van Tuyll van Serooskerken hun welvaart hebben vergaard mede dankzij de slavernij, die bezoekers nog steeds in de collectie en het slot als geheel terug kunnen zien.

Toch loont het te benoemen dat Slot Zuylen en slavernij ook getuigt van de uitdagingen die gepaard gaan met deze doelstelling. Achteraf blijft het verschil tussen de tentoonstellingsruimten zelf en de vaste collectieopstelling voor mij opvallend. Ik ben benieuwd of bezoekers aan het slot de tentoonstelling hebben gevonden en met net zoveel aandacht als de collectieopstelling hebben bekeken. In mijn beleving werd in deze opstelling het onderzoek wat oppervlakkiger besproken dan in de tentoonstelling zelf. Waarom wordt de relatie tussen Belle van Zuylen en de slavernij bijvoorbeeld alleen in de tentoonstelling toegelicht, en niet in de collectieopstelling? Of zal Slot Zuylen, in het verlengde van deze tentoonstelling, de eigen collectieopstelling grondig herzien?

Tot slot hoop ik dan ook dat de kennis vergaard voor Slot Zuylen en slavernij leidt tot verder onderzoek. Hopelijk weet het slot de thema’s kolonialisme en slavernij uit de tentoonstelling verder te integreren in de vaste collectieopstelling. Nu dat het Slot Zuylen de oorsprong van zijn eigen welvaart heeft erkend, is de uitdaging om deze complexe geschiedenissen in het slot zelf levend te houden.

Door Arent Boon.


De tentoonstelling Slot Zuylen en slavernij is nog tot 4 december 2021 te zien in Slot Zuylen.


Arent Boon is onderzoeksmasterstudent Kunstgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Hij behaalde zijn BA aan het University College te Amsterdam (2018). Momenteel schrijft hij zijn afstudeerscriptie over definities van meerstemmigheid in de museumtheorie. Naast redacteur bij Jonge Historici is hij ambassadeur van het Koninklijk Nederlands Instituut te Rome (KNIR).

Berichten gemaakt 1236

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven