Een terugblik op twee jaar Jonge Historici Schrijven Geschiedenis
“Dewerelddraaitdorisering van geschiedschrijvend Nederland. Niets nieuws, niets fris, niets bevlogens: oude wijn in nog oudere zakken.”
Dit citaat komt uit een opiniestuk in De Volkskrant van 8 oktober 2011. De aanleiding van het beklag was de opening van de Maand van de Geschiedenis. Het was niet door het opiniestuk, maar door toeval dat ik vlak daarna betrokken raakte bij Jonge Historici Schrijven Geschiedenis. Ik ontmoette de auteur, die destijds recentelijk medeoprichter was geweest van JHSG, namelijk aan het einde van die oktobermaand tijdens de borrel op de Nacht van de Geschiedenis in het Nationaal Historisch Museum (dat toen feitelijk al ter ziele was).
Ik werd gevraagd als redacteur bij de uitgeverij en na een jaar ging ik mij meer bezighouden met organisatorische zaken en de opzet van projecten (inmiddels was ik zelf net afgestudeerd). JHSG had de simpele doelstelling om artikelen over uiteenlopende historische onderwerpen gratis beschikbaar te stellen. Daarbij had JHSG een tweede ambitie. Het wilde antwoord bieden op de vraag: “Waar is het jonge talent, waar zijn de studenten en promovendi, de jonge onderzoekers die nog niet zo hun oren laten hangen naar wetenschappelijke en maatschappelijke conventies?” JHSG bood en biedt een podium voor jong, geschiedschrijvend talent.
Moeilijke arbeidsmarkt
Het is onmiskenbaar dat het voor jonge, afgestudeerde historici moeilijk is om verder te gaan als historicus. Er is een beperkt aantal promotieplekken en op redacties, bij uitgeverijen en cultuurinstellingen en op middelbare scholen worden nieuwe werknemers mondjesmaat toegelaten.
Wellicht past JHSG dus bij deze tijd: een podium voor talent dat geen gemakkelijke arbeidsmarkt aantreft na het afstuderen en daarom zichzelf op andere manieren moet zien te profileren. We hebben onszelf daarbij soms afgezet tegen een gevestigde groep historici, gekscherend betiteld als “de flappie-generatie”. Maar toch maakte ik mij daarbij ook zorgen dat er te veel geklaagd zou worden, omdat het voor jonge historici niet gemakkelijk is om een baan te vinden.
Ik vind zelfkritisch zijn belangrijker dan afgeven op de huidige situatie: wij bieden een podium, maar alleen aan de kritische, doch genuanceerde, en weldenkende auteurs en historici. Anders zouden wij verworden tot een club van zeurderige twintigers en dertigers die geen gedegen ondervindingen over het verleden presenteren, maar slechts hun beklag doen over het “historische establishment.”
Noodzakelijke verbeterpunten
Jonge Historici Schrijven Geschiedenis wil uiteraard plaatsnemen in de kring van media en instellingen die zich richten op geschiedenis, zoals het Rijksmuseum, Historisch Nieuwsblad en OVT. Een onhaalbare ambitie allicht, maar zonder twijfel bestaat die gedachte er wel. Ik zie nog steeds noodzakelijke verbeterpunten bij JHSG. De dagelijkse gang van zaken en de projecten die wij opzetten, geven mij soms het gevoel dat ik aan het jongleren ben zonder dat ik doorheb wie ernaar staat te kijken. Het maakt mij gespannen, maar toch blijf ik er mee bezig. Waarom? Ik houd van polemiek en ik hoop dat wij lezers kunnen verrassen met interessante publicaties die zijn voorzien van gedegen ondervindingen over het verleden.
Binnenkort zal een groep van jonge historici, promovendi en geschiedenisstudenten uit Nederland hier op JongeHistorici.nl wekelijks hun visie geven op het debat over geschiedschrijving en historisch onderzoek, alsmede historische gebeurtenissen en de geschiedenis van de actualiteiten. Wij bedingen als medium een plaats in het cultureel-maatschappelijke debat met als doel om goede historici en publicisten een bescheiden maar efficiënte aanloop te bieden.
Wij houden bovenal vast aan het idee dat interessante onderzoeken niet in de archieflade mogen verdwijnen en dat jonge historici ook moeten bijdragen aan discussies over de geschiedwetenschap, maar JHSG is daarbij vice versa afhankelijk van die jonge historici: de studenten, promovendi en zojuist afgestudeerde historici die onderzoekend zijn, en origineel en goed kunnen schrijven.
Anika van de Wijngaard (1989) rondde in 2012 de master Political Cultures and National Identities (Universiteit Leiden) af. Vanaf 2011 was ze redacteur bij JHSG. Op dit moment werkt ze onder meer als producente en organiseert ze projecten en evenementen voor JHSG.
Reageren op deze column? Doe het op Facebook, Twitter of privé per e-mail…